zondag 12 december 2010

Woensdagavondpret

Door Jana Posthumus

TT = Trainster Tineke
Lief = Wolter van der Veen
Zwager = Klaas van der Veen

17 november.
TT kampte deze week met verschrikkelijke hoofdpijnen en dus had ze Peter gevraagd of hij de training over kon nemen. Peter kon niet en dus kregen we een mail dat we de training zelf moesten doen. Ze had wel het schema doorgemaild. Ik heb meteen Ella gebeld en haar min of meer gesmeekt of ze de training wilde doen. Ik beloofde haar dat het niet zou gaan regenen (buienradar) en dat wij een hele gezellige groep zijn. Ik mailde haar het schema. Ze zei dat ze er over na zou denken. Een half uur later belde ze me terug met de mededeling dat ze het zou doen. Meteen heb ik iedereen gemaild dat Ella de training over zou nemen. Aanwezig waren Lysbeth, Wilma, Trijntje en ik. Trijntje zei dat ze eigenlijk af had willen bellen voor deze week, maar omdat ik er zoveel moeite voor had gedaan om Ella te strikken kwam ze toch. Dat was erg lief van haar.

De training bestond uit een circuit van 10 onderdelen. Elk onderdeel duurde 45 seconden. We werkten in tweetallen. Lysbeth en Wilma, Trijntje en ik. Na het circuit hadden we nog tijd over. We hebben 4 keer ins & outs gedaan. 30 meter dribbelen, 30 meter versnellen, 30 meter dribbelen, 30 meter versnellen. Daarna nog twee rondjes uitlopen. We waren voor half negen klaar. Het was best koud dus iedereen ging snel naar huis of de kantine in.
In de kantine ging ik gezellig naast Zwager zitten die aan de bar zat. Hij wou me niks vertellen over de training omdat het dan in de starter zou komen. Hij lachte erbij. Margreet kwam ook de  kantine inlopen en Zwager zei iets over haar witte vingers. En inderdaad, Margreet had spierwitte vingertoppen. Het leek net of ze om al haar vingertoppen een witte pleister had gedaan. Het zag er best een beetje eng uit. Ik vroeg haar hoe dat kwam. Ze vertelde me dat als ze hele koude handen heeft al het bloed uit haar vingers trekt. Maar het kan ook gebeuren als ze warme handen heeft en ze iets kouds aanraakt, zoals de pook in de auto of een ijskoud drankje. Het heet het fenomeen van Raynaud. Na even Googelen kom ik op de site van de hartstichting, http://www.hartstichting.nl/ (hart en vaten > fenomeen van Raynaud). Ze heeft alleen niks aan haar hart. Het is ook niks ernstigs in haar geval. Het kan ook voorkomen bij zwangere vrouwen en bij stress. Ze is niet zwanger en ervaart ook geen stress. Heel apart. Ik had er nog nooit van gehoord. Maar ik had ook nog nooit van het Syndroom van Tietze gehoord voordat ik er last van kreeg. Zo leer je nog eens wat. Na een tijdje werden haar vingers blauw en kreeg ze weer gevoel in haar vingers. Vogeltjes in de vingers noemde ze dat. Ik vond het zo apart dat ik haar vroeg of ik er over mocht schrijven in de Starter. Dat mocht. Het is geen geheim zei ze.

20 november 1e bosloop.
Lief, die net weer een beetje in training is, was van plan om de boslopen mee te doen. ‘Nou’ zei ik ‘dan doe ik ook mee’. Lief grinnikte wat. ‘Je loopt helemaal niet op het moment’ zei hij. Ik was dan ook niet van plan om 4200 meter te lopen, maar wel met de korte cross. 1400 meter maar, 1 rondje. Dat moet te doen zijn. Zelfs ongetraind. Tegen de heuvel op was even pittig, maar wel te doen. Dalen kan ik goed, dus ik liet me lekker naar beneden “rollen”. Alleen tijdens het inlopen moesten we vanwege de pupillen een iets ander eind van het parcours lopen. En dus wist ik niet dat er aan het eind nog een heel steil k*#heuveltje inzat. Eerst steil naar beneden ging nog wel, maar dan moet je ook weer omhoog. Ik kwam er niet tegenop. Althans niet rennend. Voor het eerst in mijn leven heb ik in een wedstrijd gewandeld. Bovenaan het k*#heuveltje kon ik weer overgaan in rennen, maar dat viel nog niet mee. Ik was uit mijn ritme. En dat is puur gebrek aan training. Ik deed mijn longen de laatste meters nog even geweld aan door toch nog iets van een eindsprint in te zetten, en dat was te horen toen ik over de finish kwam. Ik was kapot. Later toen ik weer op adem was gekomen en warm was aangekleed, was het mijn beurt om Lief aan te moedigen. Jan de Lange stond met een vlag en zijn kruk de weg te wijzen. Ik riep nog dat hij ook een vlaggetje aan zijn kruk moest hangen. Dan kon hij dubbel vlaggen. De eerst twee ronden zagen er voor Lief goed uit. Maar toen hij al langs had moeten komen na de derde ronde, en ik lopers die eerst achter hem liepen voorbij zag gaan, wist ik dat het mis was. Lief kwam er heel rustig aangedribbeld. Hij had zich verstapt. Zijn enkel was dubbel geklapt op het stuk waar je bij het oude parcours moest stijgen en in het nieuwe parcours moet dalen. ‘Die verrekte boomwortels. Veel te gevaarlijk om te dalen met zoveel boomwortels. Ik loop niet meer mee op dit parcours.’ Mopper, mopper, mopper. Ik ben het wel gewend. Als Lief een wedstrijd heeft moet je hem de dag van de wedstrijd gewoon laten mopperen. En als het niet goed ging de rest van de dag ook. Heeft alles met concentratie te maken. Met wedstrijddruk. Als je hem laat mopperen loopt hij beter. De volgende dag is het weer over en is hij weer zijn vrolijke zelf. We hadden in ieder geval prachtig zonnig weer.

Ik vond het ook leuk om te lezen dat Lief en Zwager samen mopperen tijdens de training. Klinkt me heel bekend in de oren. In hun geval is het hoe meer ze mopperen hoe meer ze van elkaar houden. Ze kunnen ook samen lachen. Als ze niks meer zeggen, en als dat niks met vermoeidheid van de training te maken heeft, moet je je pas zorgen gaan maken. Je kan overigens twee dingen doen. 1: Ze gewoon laten mopperen en vooral luisteren. Is ongetwijfeld heel komisch. 2: Mee mopperen. Ik weet eerlijk gezegd niet hoe ze daar op zullen reageren. Probeer ze alle twee uit zou ik zeggen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten